Wa Dharnī Wa Al-Mukadhdhibīna 'Ūlī An-Na`mati Wa MahhilhumQalīlāan
073-011 En laat mij alleen met hen, die den Koran van valschheid beschuldigen, die de genoegens van dit leven genieten. Verleen hun een weinig uitstel.
'Inna Rabbaka Ya`lamu 'Annaka Taqūmu 'Adná MinThuluthayi Al-Layli Wa Nişfahu Wa Thuluthahu Wa Ţā'ifatun Mina Al-Ladhīna Ma`aka Wa ۚ Allāhu Yuqaddiru Al-Layla Wa An-Nahāra ۚ `Alima 'An Lan Tuĥşūhu Fatāba `Alaykum ۖ Fāqra'ū Mā Tayassara Mina Al-Qur'āni ۚ `Alima 'An Sayakūnu Minkum Marđá ۙ Wa 'Ākharūna Yađribūna Fī Al-'Arđi Yabtaghūna Min Fađli Allāhi ۙ Wa 'Ākharūna Yuqātilūna Fī Sabīli Allāhi ۖ Fāqra'ū Mā Tayassara Minhu ۚ Wa 'Aqīmū Aş-Şalāata Wa 'Ātū Az-Zakāata Wa 'Aqriđū Allaha Qarđāan Ĥasanāan ۚ Wa Mā Tuqaddimū Li'nfusikum Min Khayrin Tajidūhu `Inda Allāhi Huwa Khayrāan Wa 'A`žama 'Ajrāan ۚ Wa Astaghfirū Allaha ۖ 'Inna Allāha GhafūrunRaĥīmun
073-020 Uw Heer, o Mahomet! weet dat gij in gebed en overpeinzing dikwijls bijna twee derde gedeelten van een nacht, en somtijds de helft daarvan doorbrengt, en op andere tijden weder een derde gedeelte daarvan, en een deel uwer makkers die met u zijn, doen hetzelfde. Maar God weet den dag en den nacht; hij weet, dat gij die niet nauwkeurig kunt berekenen, daarom wendt hij zich gunstig tot u. Lees dus zooveel van den Koran als u gemakkelijk zal wezen. Hij weet dat er zieken onder u zijn, terwijl anderen op de aarde reizen, opdat zij door Gods goedheid, zich bezittingen zouden verwerven; en dat anderen strijden ter verdediging van Gods geloof. Lees dus zooveel daarvan, als u niet moeilijk zal wezen. Neem de vaste tijden van het gebed in acht, geef de behoorlijke aalmoezen, en leen God eene aannemelijke leening; want al hetgeen gij Gode (in goede werken) voor uwe zielen zendt, zult gij bij God terugvinden. Dit is beter, en zal eene grootere belooning verdienen. En vraag God vergiffenis; want God is vergevensgezind en barmhartig.